Betrouwbaar (50,8%), gemotiveerd (35,2%) en behulpzaam (34,7%), dat zijn de eigenschappen die werknemers het vaakst koppelen aan goede collega’s. En met die collega’s zit het over het algemeen wel goed: ruim twee op de drie werknemers (67,2%) werken samen met minstens één tot verschillende collega’s die ze echt top vinden. 7% zegt geen enkele goede collega te hebben. Dat is niet zonder betekenis, want collega’s zijn voor bijna twee op de drie werknemers (63%) een belangrijke reden om bij hun werkgever te blijven. Dat blijkt uit recent onderzoek* van HR-dienstverlener Tempo-Team in samenwerking met Prof. dr. Anja Van den Broeck, arbeidsmotivatie-expert aan de KU Leuven.
Het onderzoek bewijst dat collega's het échte verschil maken. Het zijn namelijk niet de bonussen of de mooie bedrijfsnaam die mensen vasthouden, maar het collegiale goud. Collega's zijn de stille motor die bepaalt of werknemers zich echt verbonden voelen en gemotiveerd blijven. Investeren in werksfeer en -beleving is geen keuze meer; het is de basis voor loyaliteit en succes. Bedrijven die deze cruciale menselijke factor negeren, spelen een gevaarlijk spel en zullen de strijd om talent onherroepelijk verliezen.
Wat maakt van iemand een goede collega? Je moet erop kunnen rekenen! Betrouwbaarheid staat met stip op nummer 1 als belangrijke eigenschap voor een goede collega (50,8%). Op afstand gevolgd door gemotiveerd zijn (35,2%) en bereidheid om te helpen met een taak (34,7%). Veel collega’s lijken die verwachtingen ook effectief waar te maken. Zo krijgen zo’n vier op de vijf werknemers (77,7%) het gevoel dat ze hun collega’s kunnen vertrouwen. 73,4% zegt dat hun collega’s motivatie uitstralen, en volgens 82,5% zijn hun collega’s bereid om te helpen bij een taak wanneer dat nodig is.
Top 10: Goede collega’s zijn:
- Betrouwbaar (50,8%)
- Gemotiveerd (35,2%)
- Bereid om te helpen met een taak (34,7%)
- Aardig (30,3%)
- Bereid om taken over te nemen wanneer collega’s uitvallen of te veel werk hebben (25,3%)
- Benaderbaar (24,3%)
- Technisch onderlegd in wat ze doen (21,2%)
- Goed in het oplossen van problemen (20,9%)
- Een luisterend oor wanneer anderen het moeilijk hebben (20,6%)
- de mensen die me aan het lachen maken (18,3%)
Meer werkplezier en motivatie
En met die goede collega’s zit het wel snor: 43,9% van de Belgen heeft er meerdere, terwijl bijna een kwart (23,3%) er één of enkele heeft die ze echt top vinden. Nog eens 21,9% spreekt vooral van ‘aangename contacten’ op het werk en 4% werkt voornamelijk alleen. 7% zegt dan weer geen enkele goede collega te hebben.
Het al dan niet hebben van goede collega’s maakt een groot verschil. Werknemers die er één of meerdere hebben, geven gemiddeld een veel hogere score aan hun jobtevredenheid (8,12/10 vs. 6,41/10), hun werkplezier (8,03/10 vs. 6,50/10) en hun motivatie (8,16/10 vs. 6,58/10). Ze scoren bovendien ook hoger op productiviteit (8,45/10 vs. 7,11/10) dan wie geen enkele goede collega heeft. En dit is zowel voor extraverten als introverten het geval.
Na de kansen die je krijgt om je te ontplooien en door te groeien, is tevredenheid over je collega’s de belangrijkste factor voor werkplezier, betrokkenheid, motivatie en tevredenheid op het werk. Het is zelfs een belangrijkere voorspeller van productiviteit dan leiderschap en het gevoel dat je een verschil maakt voor anderen. Hoewel er in organisaties veel aandacht gaat naar de ontwikkeling van leidinggevenden, zien we ook in andere wetenschappelijke studies dat ondersteuning van collega’s belangrijker kan zijn dan steun van de leidinggevende. De meeste medewerkers hebben dan ook meer contact met hun collega’s dan met hun leidinggevende.
Voor bijna twee op de drie werknemers (63,1%) spelen hun collega’s dan ook een belangrijke rol in de keuze om bij hun werkgever te blijven. Hoe jonger, hoe vaker dit het geval is: zeven op de tien -35-jarigen (70,2%) geven dit aan, tegenover 62,6% van de 35- tot 54-jarigen en nog niet de helft van de 55-plussers (48,8%).
Goede collega’s maken niet automatisch goede vrienden
De helft van de Belgen (50,6%) rekent zijn collega’s bovendien tot hun hechte vriendengroep. Bij de jongere collega’s (jonger dan 35) loopt dit zelfs op tot 58,7%, tegenover 49,3% van de 35- tot 55-jarigen en 37% van de 55-plussers.
Collega’s hoeven daarom niet per se geen vrienden te zijn. Op het werk draait het niet alleen om persoonlijke band, maar ook om samenwerking, betrouwbaarheid en professionele betrokkenheid. Wat dus écht telt, is collegialiteit: werknemers moeten het gevoel hebben dat ze op hun collega’s kunnen rekenen, zowel bij werkgerelateerde uitdagingen als wanneer het even emotioneel wat moeilijker gaat.
*Dit blijkt uit een onderzoek uit 2025 van Tempo-Team, in samenwerking met prof. dr. Anja Van den Broeck, arbeidsmotivatie-expert aan KU Leuven. Het onderzoek werd uitgevoerd bij een representatieve steekproef door een onafhankelijk onderzoeksbureau, dat peilde naar de beleving van 2.000 Belgische werknemers van actuele thema’s op de werkvloer. De maximale foutenmarge bij 2000 Belgische werknemers bedraagt 2,08%.